Gedetermineerd tot afhankelijke vrijheid

Rijsdijk, Willem (2023) Gedetermineerd tot afhankelijke vrijheid. Student thesis.

[img] Text
2023 Rijsdijk, Willem.pdf - Accepted Version

Download (1MB)

Samenvatting

De voorzienigheidsleer van de HC blijkt volgens diverse bronnen, alsook in overeenstemming met mijn ervaring in de praktijk van het leven, tot deterministische en fatalistisch interpretaties te leiden binnen de gereformeerde gezindte. Dit is dan ook de aanleiding geworden tot dit onderzoek. Ursinus, de opsteller van de HC, heeft via zijn studenten ons een verklaring van zijn voorzienigheids-leer nagelaten. Deze leer is niet alleen naar middeleeuwse methode verbonden met de Schrift, maar ook doorspekt van klassiek filosofisch denken. Behalve dat de voorzienigheid voorkomt uit Gods raad en wil, zijn de andere hoekstenen van Ursinus’ voorzienigheidsleer Gods almacht en alwetendheid als voorkennis. Hij heeft helder doordacht dat Gods voorzienigheid betrekking heeft op de gehele schepping en daarom scherp uiteengezet dat God ook het kwaad regeert zonder daar debet aan te zijn. Helaas ontkomt zijn verklaring niet aan een sterk causaliteitsdenken, waarin Gods besluit van eeuwigheid zich als een gemaakt bestek ontvouwt in de tijd. Dit gaat bij hem ten koste van het contingente karakter van de geschapen wereldorde. Contingentie is er volgens Ursinus niet bij God, maar alleen aan menselijke kant. Dit heeft ook te maken met het samenvallen van Gods voorkennis met Zijn wil, ten koste van de vrijheid van de mens. De controverse ontstond omdat de menselijke vrijheid altijd lijkt te moeten concurreren met Gods almacht en visa versa. Juist dit dilemma moet doorbroken worden met de synchrone contingentie theorie, door die in overeenkomt met de Schrift te verbinden Gods onbepaalde voorkennis. Het contingente van de wereldorde dient dan niet opnieuw te functioneren als filosofische voorschrift, maar behoeft een Schriftuurlijke inkleuring van een niet-noodzakelijke en conditionele toekomst. Om Goddelijke soevereiniteit en menselijke vrijheid naast elkaar te doen bestaan, is ook nodig om de voorzienigheidsleer een meer narratief en veelstemmig karakter te geven, zoals de Schrift dit vertoont. Het aan elkaar rijgen van teksten zonder deze te exegetiseren en het verlenen van een univoke betekenis aan begrippen door heel de Schrift heen, maakt dat de onderbouwing van Ursinus niet de kracht heeft, die wel uit de Schrift te putten is. Er is consensus dat God soeverein en almachtig is, maar God moet dan niet filosofisch gedefinieerd worden als een wezen die al het mogelijk denkbare ‘kan’, maar Gods almacht moet gevuld worden met macht die bepaald is door Gods Zijn. Wat onderbelicht is in de voorzienigheidsleer van de HC, is dat de mens niet alleen als een vrij schepsel geschapen is, maar dat ook nog steeds is. Deze vrijheid is en staat (deterministisch) vast, omdat dit zo door de soevereine God gewild is. In heel de controverse over de vermogens van menselijk wil, zijn zelfs degenen die het pelagianisme in welke latere vorm dan ook bestreden het eens, dat de mens ondanks zijn diepe val en verdorvenheid nog steeds in staat is tot vrije keuzes en dus burgerlijke gerechtigheid. Ook de hardste bestrijders van vrije wil uit de reformatietijd en daarna hebben dit erkend, daar de menselijk wil niet is vernietigd in de zondeval. Andersom hebbend de ruimste verdedigers van vrije wil niet ontkend, dat mens op enigerlei wijze verdorven is en verlossing van elders nodig heeft. Het gaat dan in dit onderzoek niet om de kwaliteit van de menselijk werken als een gerechtigheid die voor God kan bestaan, maar of die mens zelf keuzes maakt en zijn daden bepaalt. Bij de handhaving van deze vrijheid is God - als gever van alle kracht - gevrijwaard van enige blaam, daar de mens verantwoordelijk is voor het gebruik van Gods geschonken kracht en vrijheid. Binnen de verklaring van de voorzienigheid in de HC door Ursinus gaan Gods soevereiniteit en de menselijk vrijheid niet harmonieus en zuiver samen. Onder andere door het gebruik van de klassieke filosofie, de visie op Gods voorkennis en wil en het onvoldoende uitwerken van een contingente wereldorde, geeft de verklaring van HC Zondag 10 aanleiding tot helaas deterministische en fatalistische interpretaties. Wanneer de voorgenoemde discrepanties achterwege blijven en de voorzienigheid doordacht wordt naar de veerstemmigheid van de Schrift, gaan Gods soevereiniteit en menselijke vrijheid harmonieus samen. De hoogste vrijheid is en blijft het wandelen door de vrijheid in Christus aan Vaderlijke handen. Tot die vrijheid heeft de mens bevrijding nodig.

Item Type: Scriptie (Student thesis)
Titel: Gedetermineerd tot afhankelijke vrijheid
Number of Pages: 71
Theologische Universiteit: Theologische Universiteit Apeldoorn
Bachelor- of Masterscriptie: Master
Trefwoorden (NL): God ; Soevereiniteit ; Voorzienigheid
Trefwoorden (EN): Providence and government of God
Date Deposited: 27 Sep 2023 08:02
Last Modified: 27 Sep 2023 08:02

Actions (login required)

View Item View Item